Drie
Up TVseries Een Twee Drie

 

Nog meer poppentheater op de "kijkkast"

We zijn weer terug bij de Nederlandse series en als je het over poppentheater hebt, dan moet je daar ook DE REIS NAAR TANKINIVI uit 1962 bij rekenen.

Het begint met een poppenspeler, Maëstro, die na een voorstelling is uitgenodigd door de burgemeester. Hij had zoveel haast dat hij zijn poppen niet netjes ophing, maar ze liet slingeren: Harlekijn, Pierrot, de Koning, Koningin Moei, de Prinses, de Zeeman en Bambo het negerjongetje. Maar dan merkt Harlekijn dat hij geen touwtjes nodig heeft om te bewegen. Ze blijken allemaal zelf te kunnen bewegen.

Het zal duidelijk zijn: het ging hier niet om gewone marionetten, maar om acteurs die poppen spelen. Bambo zegt uit Tankinivi te komen, de Zeeman krijgt zin om te varen en ook de anderen zien wel wat in dit avontuur en zo begint de reis naar Tankinivi.

Maar de echte poppen waren ook nog lang niet weg van de buis en dan denk je meteen al aan de korte "voor het slapen gaan" series van de NTS, later NOS. Vanaf 3 januari 1964 begon BAREND DE BEER, een nagesynchroniseerde Franse TV-serie. Eerst waren de uitzendingen onregelmatig, maar na 60 afleveringen en ruim een jaar later kwam Barend zes dagen per week langs. In de serie had BAREND DE BEER, die eigenlijk Nounours heet, de zware stem had gekregen van Jan Duiveman. Hij was zanger (bas).

Barend kwam samen met zijn baasje, de Zandman, altijd op een wolk aanzweven en daalde via een trappetje af in de huiskamer van de twee kinderen Klaasje (Nicolas) en Pimpernel (Pimprenelle), die de stemmen meekregen van resp. Joke van den Berg en Sylvia Schippers. De Zandman zelf haalde Barend weer op als deze te lang bij de kinderen bleef. De zandman had de stem van Piet Ekel.

De Franse Barend de Beer werd (voorlopig) opgevolgd door de Duitse KLAAS VAAK. Voor deze Duitse serie schreven vele kinderboekenschrijvers. Dat in tegenstelling tot Barend de Beer, die maar één schrijver had: Claude Laydu. DAS SANDMÄNCHEN paste zijn entree aan het seizoen aan. De serie heeft in zijn land van oorsprong maar liefst 30 jaar gelopen, begonnen op 1 december 1959 bij de ARD. In ons land begon de serie in 1965, maar omdat de serie bijna elke dag werd uitgezonden zijn er ca. 336 afleveringen te zien geweest tot 1 oktober 1966. Opmerkelijk is dat hoewel de serie zowel in West- als in Oost-Duitsland liep, de verhalen en uitvoering verschillend waren. Op een site over deze Klaas Vaak is de geschiedenis van de serie in het Duits te lezen.

In ons land hield Klaas Vaak het dus maar een jaar vol en de voor-het-slapen-gaan uitzendingen werden overgenomen door PIPO DE CLOWN, de echte welteverstaan: Cor Witschge. Met een onderbreking door DE MINIMOLEN, was Pipo er vanaf 1 oktober 1966 tot 1 juni 1968, met ongeveer 245 afleveringen.

BAREND DE BEER kwam weer terug met ca. 120 afleveringen tot 28 september 1968, toen elke dag uitgezonden op zowel Nederland 1 als 2. Maar toen was het tijd voor de populairste Nederlandse poppenserie ooit... DE FABELTJESKRANT.

DE FABELTJESKRANT was in kleur en werd om te beginnen uitgezonden van 29 september 1968 tot 31 mei 1969 op Nederland 1 en 2. De serie werd namelijk regelmatig onderbroken door andere serie, zoals PIPO DE CLOWN, TIM EN DE LEEUW, PIP EN ZIP, BRIGADIER DAWG, TI-TA-TOVENAAR, KIRI DE CLOWN, BARBAPAPA, enz.
Maar het succes van DE FABELTJESKRANT was ongekend groot, niet alleen voor kinderen, maar ook voor grote mensen was het een genot om naar te kijken. Daarom kwam de serie ook steeds terug. De namen van de karakteristieke (bijna archetypische) figuren zoals Bor de Wolf, Loewieke de Vos, juffrouw Ooievaar, Ed en Willem Bever, Truus de Mier en Zoef de Haas, zijn door bijna iedereen die de series hebben meegemaakt zo op te sommen. Bij die figuren was natuurlijk ook Jacob Uil, die uit de Fabeltjeskrant voorlas voor de "kijkbuiskinderen". In die krant stond "precies vermeld hoe het met de dieren was gesteld' en allerlei gebeurtenissen uit het Grote Dierenbos werden voor ons zichtbaar gemaakt via de "kijkbuis".

De serie was van Leen Valkenier, die voor de korte voor-het-slapen-gaan series er nog twee ontwikkelde. Hij maakt een bewerking van PAULUS DE BOSKABOUTER, nu met de stemmen van Elsje Scharjon, Ger Smit en Frans van Dusschoten, die ook alle stemmen in DE FABELTJESKRANT voor hun rekening namen. Dat deden ze ook voor nog een serie van Leen Valkenier, DE WOEFS EN DE LAMAARS. De serie ging over twee rivaliserende hondenrassen uit het Nijverdal. De Woefs zijn hardwerkende honden, maar - de naam zegt het al - de Lamaars vinden dat allemaal niet nodig. Die serie had geen succes, maar verschillende hondjes uit het Nijverdal kwamen we later ook tegen in DE FABELTJESKRANT, zoals Hektor, Woefdram en hondje Woef.

De Bereboot

Een Nederlandse poppenserie die het ook goed deed en ook elke dag voor-het-slapen-gaan werd uitgezonden was DE BEREBOOT (inderdaad, toen nog zonder N). De serie begon op 2 oktober 1976 en kwam dit keer uit de koker van Lo Hartog van Banda en de muziek was van Joop Stokkermans. De stemmen van de vaste figuren, kapitein Brom, Brilbeer en Maatje werden gedaan door resp. Bert Dijkstra, Paul van Gorcum en Trudi Libosan.
Maar liefst 407 aflevering telde deze serie. Lo Hartog van Banda kreeg het idee voor de serie toen hij op de Engelse televisie een serie zag over een sleepboot met een kapitein en een machinist die altijd ruzie maakten. Zoon Rolf Hartog van Banda maakte, samen met anderen de poppen en maakte de decors. De productie deed Max Appelboom. 

De samenwerking tussen de AVRO en leidde in het seizoen 1978 - 1979 tot DE ASTRONAUTJES.  Dat speelde in de ruimte en dat was in die tijd een iets meer tot de verbeelding sprekende situatie dan een serie op een schip.

wordt vervolgd